Deel 2 | Artikelreeks Oorlogseconomie | Zonder debat schuift Europa de oorlogseconomie in | André van Luijk
Artikel: André van Luijk
Europa zit in 2025 in een fase die ongemakkelijk herkenbaar voelt. Officieel leven we in vredestijd. Echter, de signalen wijzen anders: een voorbereidingsfase van een militarisering van de economie. Geen directe oorlog, maar wel een structurele verschuiving richting militaire prioriteiten: hogere defensiebudgetten, nieuwe financieringsmodellen en een publieke opinie die wordt klaargestoomd.
Angst als motor
De oorlog in Oekraïne heeft de dreiging tastbaar gemaakt. In talkshows en debatten klinkt steeds hetzelfde refrein: Rusland vormt een existentiële bedreiging. Toch is de kans dat Rusland heel Europa kan bezetten minimaal – de economie is te klein, de bevolking te beperkt. Maar die realiteit houdt beleidsmakers niet tegen om miljarden extra naar defensie te schuiven.
Daarachter speelt een bredere geopolitieke verschuiving. Amerika wil niet langer de politieagent van de wereld zijn. Als China en de VS in conflict raken, moet Europa zelfstandig genoeg zijn om zichzelf te verdedigen – en misschien zelfs Amerika te ondersteunen.
Dreigingsinflatie
De eerste stap is de bewustwordingsfase. Politici, generaals en media benadrukken dreigingen om publieke steun te winnen. Wetenschappers spreken van dreigingsinflatie: reële gevaren worden groter gemaakt om urgentie te creëren. Burgers horen voortdurend dat “onze waarden op het spel staan” en dat “offers nodig zijn om vrijheid te behouden”.
Zo wordt het idee genormaliseerd dat defensie-uitgaven boven alles gaan. Wat vijf jaar geleden ondenkbaar leek, wordt nu gepresenteerd als logische voorzorg. Het grootste risico is de structurele verankering: eenmaal miljarden geïnvesteerd in industrie, banen en contracten, is terugschakelen praktisch onmogelijk. Bovendien: wat vandaag wordt opgebouwd tegen Rusland, kan morgen net zo goed worden ingezet tegen China of in het Midden-Oosten.
Het ontbrekende debat
Opvallend genoeg ontbreekt het maatschappelijk gesprek. Jongeren blokkeren wegen voor het klimaat, maar over militarisering in Europa blijft het stil. Vraag een twintiger naar het onderwerp en vaak volgt ontwijkend antwoord: “te eng om over na te denken” of “niet mijn beroepskeuze”. Misschien is dat precies waarom de verschuiving zo geruisloos gaat: terwijl we liever een terrasje pakken, schuift Europa ongemerkt de oorlogseconomie in.
Europa staat nog in een gecontroleerde voorbereidingsfase. Er is geen rantsoenering of dwang, maar de contouren zijn duidelijk: hogere schulden, groeiende afhankelijkheid van buitenlandse leveranciers, en een samenleving waarin defensie steeds meer als kans of carrière wordt gepresenteerd. We spreken er nauwelijks over, maar de realiteit is onontkoombaar: Europa bereidt zich voor op oorlog – en doet dat zonder debat.
Het volgende artikel in deze serie gaat over: De financiering van de oorlogseconomie Wordt volgende week vervolgd… Deel 1 van de artikelreeks ‘De grote bocht van links: ‘van vredespartij naar oorlogshitser’ over de oorlogseconomie kun je hier teruglezen.
Op 10 oktober is een GRYP-event over de impact van de oorlogseconomie met Bart Brands, Wybren van Haga en Ab Flipse. Wil je ook komen? Bestel hier je ticket(s). Vol = vol!